Wereldbekerstrijd barst morgen los op Linkeroever, waar vandaag initiaties plaatsvonden
ANTWERPEN – Morgen wordt op en aan het strand van Sint-Anneke de eerste manche van de Wereldbeker op gang geschoten. De veldrittop, uiteraard nog steeds op uitzondering van de tenoren Van Aert en Van der Poel, blaast dan verzamelen in Antwerpen.
De UCI wou ‘haar kindje’ dit seizoen wat opwaarderen. Men verkoos een gebalde reeks crossen die lopen van eind november tot eind januari. Geen uitstapjes meer naar Amerika, waar destijds nog twee Wereldbekercrossen werden gereden aan het begin van het seizoen. België spant in het geheel de kroon met zes crossen. In Nederland heeft men er twee en dan zijn er wedstrijden in Ierland, Italië, Frankrijk en Spanje wat het totaal aantal manches op twaalf brengt. Beginnen doet men dus in Antwerpen.
Bondscoach Angelo De Clercq: ‘We krijgen een parcours dat al enkele jaren hetzelfde is. Een mooie locatie op een omloop die nooit echt superzwaar kan zijn. Wij hebben dit seizoen al tal van winnaars gehad. Dat zegt genoeg over de spankracht. Ik verwacht veel van Niels Vandeputte, Thibau Nys, Eli Iserbyt, Michael Vanthourenhout en natuurlijk zandspecialist Laurens Sweeck.’
Normaal had hij zijn rentree gemaakt maar de gordelroos – die hem al een heel seizoen aan de kant houdt – is nog steeds niet genezen.
De Clercq: ‘Bij de vrouwen komt Fem van Empel opnieuw op de proppen en dan zijn er nog een aantal andere Nederlandse vrouwen die andermaal hun hoofdrol zullen opeisen.’
Vandaag was dezelfde omloop op het Sint-Annastrand het decor voor initiaties veldrijden, georganiseerd door het district Antwerpen, in samenwerking met Jespo – de vereniging die kinderen en jongeren op een actieve, attractieve, informatieve en laagdrempelige manier kennis wil laten maken met sport in Antwerpen – en Flanders Classics.
Frans Van den Wyngaert, ex-voetbalscheidsrechter en voorzitter van Jespo: ‘Vandaag nemen 52 geïnteresseerden deel aan deze initiatie. De deelnemers werden ingedeeld volgens leeftijd en fietservaring. Er zijn drie categorieën: kids van tien tot twaalf jaar, jonkies van dertien tot en met zestien jaar en volwassenen. Dat is duidelijk de grootste groep. Veiligheid staat voorop. Deelnemers moeten voldoende fietservaring hebben en een helm dragen.’
‘We organiseren dit al jaren. We hebben de mogelijkheden om de kinderen hier één tot maximum anderhalf uur te laten rijden. Het blijkt een succesformule te zijn. Soms zijn er 100 renners, de andere keer zijn het er 50. Daar schommelt het aantal deelnemers altijd tussen. Vandaag krijgen we de steun van Annick De Ridder, minister van sport. Het is geweldig dat zij wil meedoen, net als de schepen van sport van het district, Charlie Van Leuffel (beiden N-VA).’
‘Deelnemen is gratis. Misschien daardoor hebben een aantal kinderen vandaag nog afgezegd. Daar moeten we iets op vinden. Wie zich inschrijft moet ook aanwezig zijn want er zijn trainers voorzien, die centen kosten. Het zou maar al te gek zijn dat er teveel begeleiders zijn voor te weinig kinderen. Waarschijnlijk hebben veel ouders zich laten afschrikken door de weersomstandigheden van gisteren en eergisteren. Maar de omloop ligt er degelijk bij.’
‘Deelnemen kan met een eigen fiets. Dat moet wel een crossfiets of mountainbike met versnellingen zijn. Wie geen aangepaste fiets heeft kan er één ontlenen bij de Sporting A-uitleendienst.’
Van Leuffel: ‘Met deze leuke initiaties laten we de Antwerpenaar kennismaken met een fijne wintersport. Het is een heel aangename ervaring vermits men op hetzelfde parcours rijdt als de profs morgen tijdens de wereldbeker. Zo zetten we weer in op sportbelevening in de buitenlucht. Je mag niet vies zijn van een spatje modder en je stuurvaardigheid wordt op de proef gesteld. Geen idee hoelang ik over een rondje heb gedaan maar we zijn onderweg een paar maal gestopt om uitleg te krijgen. Het is in ieder geval bewonderenswaardig hoe sommigen die hellingen nemen.’
Velen hadden het inderdaad behoorlijk lastig op de hindernissen en vooral aan de trap. Misschien een werkpuntje voor de volgende edities: die is duidelijk te moeilijk voor de allerkleinsten, die ook nog een loodzware fiets naar boven moeten krijgen. Misschien kan men daar in de toekomst wat helpende handen voorzien. Morgen tonen de ‘echten’ hoe het moet.
Edwin MARIËN
Foto’s EM & Sporting A
Views: 43
Je moet ingelogd zijn om een reactie te plaatsen.