Vincent Van Hemelen (Herentals): eerst geveld door riooldeksel, nu smaakmaker in Schoten
SCHOTEN – Komen de renners heelhuids aan in Schoten? Dat is de enige vraag die men zich stelt voor aanvang van de Scheldeprijs. De angst voor valpartijen was reëel want bij de vrouwen – die hun wedstrijd betwistten in afwachting van de mannenkoers – noteerden we maar eventjes twaalf tuimelpertes.
Het was al voor de 112de keer dat de oudste Vlaamse wielerkoers op gang werd geschoten. De laatste jaren gebeurt dat traditiegetrouw in Zeeland, meer bepaald in Terneuzen. En er werd al vlug gevallen. Arne Marit en Gerben Thijssen waren de slachtoffers. Ondertussen was een vroege kopgroep ontstaan met vijf renners maar zonder Antwerpenaars. De passage door Zeeland was zeer winderig maar zorgde niet meteen voor een verbrokkeling. Integendeel. Er volgde een hergroepering. Niet voor lang want even later ontstond een nieuwe kopgroep met wel een Antwerpse vertegenwoordiger: Vincent Van Hemelen uit Herentals.
In die tweede kopgroep ook iemand die er de eerste maal eveneens bij was: de Nederlander Liam Slock. Van Hemelen haakte af en werd ingerekend door het peloton. Slock en Planckaert reden als enigen nog voorin, met nog één ronde (zeventien kilometer) voor de boeg. Uiteindelijk draaide alles uit op de verwachte massaspurt. Merlier – die even voordien nog van fiets had moeten wisselen – won voor Philipsen en Groenewegen. Een podium met enkel maar snelle benen.
Vincent Van Hemelen (23) eindigde uiteindelijk als 125 ste op 2’46”. Maar het verhaal over de seizoenaanvang leest als een trein. In Almeria kwam hij – half februari – zwaar ten val. De reden: een riooldeksel was los geschoten. Hij werd opgenomen in het plaatselijke ziekenhuis maar daar was de verzorging ondermaats. Hij brak zijn tanden, liep verwondingen op aan lip en kin en een hele resem schaafwonden. Van Hemelen – die zelf student geneeskunde is – werd vervolgens opgelapt door zijn vader, een mond- en kaakchirurg in het ziekenhuis in Lier en AZ Monica in Deurne, en zijn tante, die orthodentiste is. Om er mentaal weer bovenop te geraken deed hij een beroep op sportpsycholoog Rudy Heylen. En vandaag stond hij er weer.
‘Ik was sowieso gemotiveerd omdat dit één van de weinige grote koersen is op Antwerps grondgebied. Zeker na mijn valpartij wou ik direct laten zien dat ik er terug sta en dat ik de mentale klik gemaakt heb zodat ik dat ongeval een plaats kan geven. Ik was – toen de eerste waaiers werden gevormd – in de tweede groep verzeild geraakt – maar ik ben snel kunnen terug komen. Toen de wind gedraaid was zei de ploegleider tegen ons dat we attent moesten zijn en dat iemand van ons moest mee zijn van zodra er zich een nieuwe kopgroep zou vormen. Ik voelde me goed en ben onmiddellijk mee gesprongen in wat uiteindelijk de goede ontsnapping bleek te zijn. Onze kopman was Jules Hesters, onze sprinter, maar hij is gevallen. Ik hoop dat alles goed met hem gaat. Ik ben eerder een type voor het Ardennenwerk en het heuvellandschap. De enige manier waarop ik me hier in de kijker kon rijden was in een vlucht. Het was aan mij en aan jongens – die hetzelfde type renner zijn – om ons te laten zien.’
‘Dit was pas mijn tweede optreden, na de Volta NX Classic (een wedstrijd in Nederland, EM) van afgelopen zaterdag. Daar werd ik nog uit koers genomen omdat de achterstand op de anderen te groot was. Vandaag werd het dan opnieuw een zware dag want Slock sleurde er ferm aan. Ik ben nog ploegmaat van hem geweest bij Lotto. Toen was hij ook al iemand waar je niet graag mee onderweg bent. Ik hoop dat mijn prestatie een extra duwtje kan geven aan de conditie met het oog op de Brabantse Pijl en de Amstel. Ik heb nog wel wat blessures. Aan mijn enkel bijvoorbeeld draag ik nog een verband. Bij de val heb ik daar mijn remschijven tegen gekregen. Mijn tanden zijn hersteld maar mijn littekens hebben nog verzorging nodig. Mijn lichaam heeft een serieuze klap gekregen maar ik ben blij dat ik langzaam aan het herstellen ben.’
‘Ik besef dat Brabantse Pijl, Amstel Gold Race en Luik-Bastenaken-Luik koersen zijn die weggelegd zijn voor de grote kampioenen. Daarna begint er in feite een nieuw seizoen en dan is het aan ons om ons in de prijzen te rijden. In die grote wedstrijden wil ik vooral veel bijleren. Als ik die goed kan doorkomen, gaat dat me sterker maken. Mogelijk start ik ook nog in Parijs-Roubaix want voor die wedstrijd ben ik reserve maar dat is niet echt de bedoeling. Ik heb vandaag een goede training gehad met het oog op de Ardennenklassiekers.’
Edwin MARIËN
Views: 473