Vier op vier voor Van der Poel, debuterende Van Aert gehinderd door toeschouwer
LOENHOUT – Wat een geluk dat de Azencross in Loenhout op een weekdag wordt georganiseerd want ik heb er geen idee van waar ze anders die duizenden toeschouwers – waaronder veel Nederlanders – die naar de deelgemeente van Wuustwezel waren afgezakt, hadden moeten onderbrengen. Het was dus over de koppen lopen voor de eerste confrontatie tussen Mathieu van der Poel en Wout Van Aert.
Van Aert nam de snelste start. Hij dook als eerste het veld in maar Van der Poel loste hem uiteraard van geen vin. Nog voor het einde van de eerste ronde nam VDP het heft in handen. Van Aert ging in de fout en moest de rol lossen. Toen hij een tweede fout maakte werd hij voorbij gestoken door Sweeck en Vandeputte. Tijdens de derde ronde dichtte Laurens de kloof op de leider maar één ronde verder, net na halfkoers, moest Sweeck definitief lossen. In de voorlaatste ronde werd hij bijgehaald door Nys en Van Aert. Laatstgenoemde ging voluit voor de tweede plek in de slotronde maar kwam ten val. Na Zonhoven, Mol en Gavere won Van der Poel dus ook in Loenhout. Nys werd tweede op veertien seconden, Sweeck derde op vijftien seconden, Van Aert vierde op 36 seconden, Vandeputte vijfde op 1’09”, Adams zesde op 1’15’’ en Thijs Aerts tiende op 2’04”. Toon Aerts kwam niet aan de start. Hij was ziek.
Van der Poel: ‘Het was best een moeilijke wedstrijd. Op deze omloop is het niet gemakkelijk om het verschil te maken. Het is moeilijk om hier alleen te rijden, maar dat is in elke cross eigenlijk zo. Deze omloop leent er zich niet toe om pijlsnel naar iemand toe te rijden, maar ik rijd hier wel graag. Zeker zoals het circuit er vandaag bij lag.’
‘Ik had pech. Mijn zadel was afgebroken en daardoor kon ik niet voluit gaan tot ik een nieuwe fiets kreeg. Ik heb Sweeck zeker niet bewust laten terugkomen. Het was heel sterk van hem dat hij die kloof kon overbruggen. Ik bleef daarop mijn eigen ding doen en ik slaagde er na een tijdje in om mijn voorsprong weer verder uit te diepen. Het was ook best fris hier in Loenhout. Ik had last van koude handen. Na gisteren in Gavere kregen we opnieuw een best lastige wedstrijd te verwerken. Nu kan ik een dagje recupereren voor de Wereldbeker in Besançon.’
Sweeck: ‘Ik was graag tweede geworden. Maar al bij al ben ik tevreden. Ik hou hier een goed gevoel aan over. Het is de tweede keer dat ik een kloof op Mathieu kan dichtrijden. Ik heb getoond dat ik ook fysiek sterk was wat toch wel sterk was. Ik denk dat Mathieu wel wat last had van de koude. Misschien dat dat ook een rol speelde. Ik had een goede moment in de wedstrijd. Ik heb geprobeerd om daar gebruik van te maken maar het was maar van korte duur.’
‘Ik had niet echt het idee dat Mathieu rapper begon te rijden. Ik had even een minder moment. Het was jammer dat ik alleen viel. Er zaten twee sterke mannen achter mij. Het gat is nooit echt groot geweest. Toen had ik het wel even moeilijk maar uiteindelijk heb ik nog de finale kunnen rijden met hen. Ik had het idee dat ik goed aan het sprinten was. Ik zette nog een tand bij en daarmee sloeg mijn versnelling over. Daarom dat ik vloekte.’
‘Thibau zal een kandidaat-winnaar zijn voor het BK en er zijn er nog die er vandaag niet bij waren. Het zal kwestie zijn van echt een goede dag te hebben en dan kan er veel. Ik zou niet durven zeggen dat ik op dit moment de op één na beste renner ben. Dat hangt wat van het parcours af. En van goede en slechte momenten in de wedstrijd of van goede en slechte dagen. Ik heb gisteren niet in Gavere gereden. De meesten deden dat wel. Dat speelde dan weer in mijn voordeel. Mol was goed en vandaag deed ik het opnieuw prima. Ik ga proberen op die manier verder te doen.’
‘Van voor het seizoen stond al vast dat ik Gavere niet ging rijden. Ik heb nog even getwijfeld om toch te starten omdat mijn wereldbekerklassement nog niet zo slecht was maar uiteindelijk heb ik wel de juiste keuze gemaakt. Toen ik de cross op tv bekeek dacht ik ‘gelukkig dat ik er niet bij ben’. Ik zag dat ze al bijna een uur hadden gereden toen ze de laatste ronde ingingen. Op dat moment begon ik al aan vandaag te denken.’
Van Aert: ‘Ik probeerde bij Mathieu te blijven maar dat was te hoog gegrepen. Uiteindelijk had ik met Thibau een goede compagnon. We hebben goed samen gewerkt. Ik kwam in de laatste ronde ten val. Nys excuseerde zich maar het lag helemaal niet aan hem. Hij deed een mooi maneuver om naar de kop te gaan. Ik zat aan de buitenkant van de bocht en een toeschouwer hing volledig over het parcours. Het was jammer dat ik met die man in aanraking kwam. Thibau had er helemaal niks mee te maken.’
‘Ik ben content. Tijdens de laatste ronde reed ik nog wel om tweede of derde te worden. Het zat er zeker in. Dat het niet is gebeurd is jammer maar ik ben heel tevreden over hoe het gaat. Ik heb een geslaagde dag achter de rug. Vanmorgen wist ik niet wat ik vandaag moest verwachten. Ik had ook niet gehoopt om al meteen mee voorin te rijden. Dat is mooi meegenomen. Ik bouw nu een goede trainingsweek in en dan volgen Gullegem en Dendermonde. Vermoedelijk wordt dat opnieuw twee keer ploeteren.’
Zondag volgt in het Franse Besançon de achtste manche van de Wereldbeker. Met het Juragebergte op de achtergrond krijgen de renners er een typisch Franse veldrit. Dat betekent enkele trappen, een brug en hellingen in de omloop. Regent het in deze weidecross, dan wordt het een blubberpartij.
Mathieu van der Poel werkt er zijn vijfde veldrit van het seizoen af.en is torenhoog favoriet. Wout van Aert en Thibau Nys zijn bovendien niet van de partij.
Michael Vanthourenhout verdedigt in Frankrijk zijn leidersplaats. Na zeven wereldbekercrossen heeft hij met 170 punten 36 punten voor op Toon Aerts. De Nederlanders Pim Ronhaar en Lars van der Haar volgen met 115 punten op de plaatsen drie en vier.
Belgisch kampioene Sanne Cant leek bij de vrouwen een tijdlang op jacht naar haar 131ste zege, maar die werd afgesnoept door haar teamgenote Marion Norbert Riberolle.
Cant moest zich tevreden stellen met de dichtste ereplaats. Ze likte ook haar wonden. In het begin van de wedstrijd was Cant immers zwaar ten val gekomen toen ze met haar voorwiel in een blubberstrook bleef zitten aan de materiaalpost en daarna op haar fiets belandde.
Cant: ‘Ik maal niet om die tweede plaats en de verloren zege. De pijn na mijn val baart me meer zorgen. Het was daar een verraderlijke plaats naast die materiaalpost.’
‘Er waren heel diepe sporen. Daar schoot ik uit en vloog tegen een paaltje. Bovendien kwam ik daarna op mijn fiets terecht en daarbij stootte ik mijn bovenbeen tegen mijn stuur. Ik moest daarna crossen met één been.’
‘Ik heb echt op karakter verder gereden. Afstappen is nooit echt mijn ding geweest dus deed ik maar door en verbeet ik de pijn. We gaan straks in de camper eens kijken, een pijnstiller nemen en zien wat we verder moeten doen.’
Edwin MARIËN
Views: 154
Je moet ingelogd zijn om een reactie te plaatsen.