Van der Poel: ‘Bidongooier moet vervolgd worden.’ Visma ontevreden over prestaties Van Aert.
ROUBAIX – Mathieu van der Poel is voor de derde keer op rij winnaar geworden van Parijs-Roubaix. De Nederbelg profiteerde van het feit dat zijn medevluchter, Tadej Pogacar, op iets minder dan 40 kilometer voor het einde uit de bocht vloog. Zelfs een bidon, gegooid door alweer een maloot, die in het gelaat van Van der Poel belandde, en een lekke band kon Van der Poel niet meer van de overwinning houden. Pogacar finishte met een achterstand van 1’18”. Wout Van Aert was al vlug op achtervolgen aangewezen maar mocht aan het eind toch nog sprinten voor de derde plek. Het was echter Mads Pedersen die het haalde voor de Kempenaar en dit op 2’11”.
De voorspellingen vanochtend waren onheilspellend. Vannacht had het geregend in de Hel van het Noorden na een periode van wekenlange droogte. En inderdaad, zelfs in de aanvangsfase van de koers, toen de kasseien nog lang niet in beeld kwamen, gingen al verscheidene renners tegen de vlakte. De vroege kopgroep bestond dit keer uit acht renners.
Met de eerste kasseistrook in zicht ging ook Wout Van Aert onderuit. Gelukkig reden veel renners van Visma Lease a Bike in zijn buurt en kon Wout rekenen op genoeg hulp om terug aan te sluiten bij het peloton. Toch had hij op dat moment al een aanzienlijke achterstand op de leiders. Nadien verachterde hij nog meer, niet omdat hij zelf viel maar wel omdat hij werd opgehouden door valpartijen van andere renners. Een geluk bij iemand anders ongeluk: ook Ganna kende pech waardoor zijn ploegmaats de boel stillegden en Van Aert kon opschuiven.
Op Haveluy à Wallers, de strook voor ‘het Bos’, gaf Mads Pedersen plots gas. Hij kreeg onmiddellijk hulp van Pogacar. En dus dook ook Van der Poel op. Achteraan reed Van Aert in het gezelschap van Philipsen, Küng, Brennan en Vermeersch. De nieuwe aanloop voor het Bos zorgde ervoor dat de renners met een iets lagere snelheid dan normaal deze strook aanvatten. De besten uit het lot reden voorin. Pogacar dook als eerste deze cruciale strook in.
Van der Poel bleef aanvallen maar geraakte in eerste instantie niet los. In de achtergrond probeerden Van Aert en Küng de aansluiting te bewerkstelligen. Even later demarreerde Van der Poel opnieuw voorin maar Pogajar sloot weer aan. Er ontstond voorin een kopgroep met vijf kleppers maar zonder Van Aert. Op Tilloy à Sars-et-Rosières, met nog meer dan 70 kilometer te gaan, koos Pogacar de aanval. En weer was het VDP die als enige kon aansluiten. Even verder voegde ook Philipsen zich bij het leidersduo.
Op Mons-en-Pévèle alweer een beeld dat we voordien ook gezien hadden: Pogacar die uithaalt, Van der Poel die aansluit en meteen de forcing voert waardoor Philipsen opnieuw moet afhaken. Pogacar probeerde het nog maar eens op Pont-Thibault à Ennevelin, maar vloog uit de bocht. Meteen het sein voor Van der Poel om alleen door te gaan. Het duurde twintig seconden vooraleer de wereldkampioen opnieuw op zijn fiets zat. Pogacar kwam nog terug tot op veertien seconden maar moest even later van fiets wisselen. Meteen was de koers gereden. Van der Poel kreeg nog een drinkbus in zijn aangezicht gegooid en reed nog eens lek maar dat kon hem niet meer van zijn derde zege houden.
VAN DER POEL: ‘Wanneer Pogacar stopt met wielrennen zullen we aan hem terug denken als aan Merckx’
‘Ik zag dat Pogacar de bocht miste maar ik wist niet dat hij ook ten val was gekomen. Ik keek om en eerst wachtte ik nog even maar de kloof was al te groot en toen ben ik ervoor gegaan. Dit was zeker de editie waar ik het meest heb afgezien. Ik had niet verwacht om op zo’n grote afstand van de aankomst alleen voorop te zitten. Normaal gezien had het moeilijk geweest om van Tadej weg te rijden door de wind die op kop zat.’

‘Ik had problemen met de radioverbinding. Ook mijn fietscomputer was uitgevallen. Ik kon niet zien hoe hard ik trapte. Ik reed dus ‘blind’. Ik wist niet welke voorsprong ik had of wat er achter mijn rug gebeurde. Het is wel moeilijk om te bespelen op dat moment. Toen ik die lekke band had kon ik dat ook niet melden aan de radio. Dat was behoorlijk vervelend. Je ziet dat in deze koers alles mogelijk is. Kijk maar naar de lekke band die ik uiteindelijk nog had. Dat hoort er nu één keer bij.’
‘Uiteindelijk liep alles gelukkig goed af. Uiteraard ben ik blij met deze overwinning maar mijn zege van vorig jaar blijft mijn favoriet. Die behaalde ik in de regenboogtrui. Ik had toen ook een heel goed gevoel op de fiets. Vandaag had ik het tijdens de laatste kasseistroken moeilijk door de wind. Normaal heb je, wanneer je hard genoeg rijdt, de indruk dat je over de kasseien vliegt maar dat was nu zeker niet het geval.’
De drie duels die Pogacar en Van der Poel uitvochten dit seizoen (Milaan – San Remo, Ronde van Vlaanderen, Parijs – Roubaix) groeiden telkens uit tot een spektakelstuk. ‘Ik ben tevreden dat ik hem dit keer kon kloppen. Ik voelde me vandaag gelukkig wat beter. Vorige week, met mijn ziekte, kon ik niet in ideale omstandigheden aan de start verschijnen. Maar ik voelde wel dat ik dag na dag beter en beter werd.’
‘Mijn benen voelden deze week veel beter aan. Ik ben enorm blij dat ik dit klassieke seizoen kan afsluiten met een overwinning. Pech hoort bij Roubaix. Op een bepaald moment moet je de juiste beslissing nemen. Deze wedstrijd is altijd zwaar. Het was geen verrassing dat Pogacar, niettegenstaande het de eerste maal was dat hij hier reed, mee voorop reed.’
‘Tadej is de beste renner van het moment en is wellicht één van de beste renners ooit. Wat hij doet is vrij ongewoon. Ik ben er zeker van dat hij terug naar Roubaix komt om deze wedstrijd te winnen.’
‘Het incident met de bidon had geen invloed op mijn geluksfactor vandaag maar het is niet normaal dat zoiets gebeurt. De fles was helemaal gevuld. Dat is dus een gewicht van een halve kilogram dat je tegen je aan krijgt op een moment dat je 50 kilometer per uur rijdt. Het is net alsof men een steen tegen je gezicht gooit. Dit is onaanvaardbaar. Wanneer men naar je spuwt of met bier kan dat ook niet door de beugel maar dit is nog een graad erger. Hier moet actie tegen ondernomen worden.’
‘Als dat ding op mijn neus komt, is hij gebroken. Hopelijk kan men de dader identificeren. Ik denk dat hier een proces van moet komen, want dit is poging tot doodslag. Als de UCI hier niets aan doet dan denk ik dat we het met de ploeg gaan doen.’
Pogacar zei dat als hij een kind was geweest, Van der Poel zijn idool zou zijn. ‘Dat is wederkerig. Je moet eens kijken naar wat hij allemaal doet. Hij is de enige rijder die dit alles kan. Ik heb dat ook al gezegd na Milaan – San Remo. Niemand buiten hem kan het verschil maken na de Cipressa. Hij is 26. Er zit nog zoveel aan te komen. Wanneer zijn carrière eropzit zullen we aan hem terug denken zoals we nu doen naar de prestaties van Eddy Merckx.’
Een Nederlands journalist ondernam nog een poging om Van der Poel ervan te overtuigen om volgende week te starten in de Amstel Gold Race. ‘Neen. Dit was mijn laatste wedstrijd. Dat was al lang zo voorzien en van dat plan gaan we niet afwijken.’
‘Nu heb ik tijd om terug te kijken op deze historische prestatie. Drie keer Parijs – Roubaix winnen is super speciaal. Dat is niet iets dat je verwacht wanneer je begint te koersen. En dan nog wel driemaal op een rij in een race waarin je geluk nodig hebt. Ik besef dat het zeer uitzonderlijk is.’
Van der Poel en Christoph Roodhooft kregen ieder nog 1 000 Zwitserse frank boete omwille van een ongeoorloofde bevoorrading in de laatste veertien kilometer.
VAN AERT: ‘Ik geraakte niet vooruit’
‘Ik had pech op de eerste kasseistrook. Daardoor zat ik op dat moment veel te ver. Om terug te kunnen keren heb ik heel veel energie verspild. Vanaf Arenberg zat ik goed maar daar had ik gewoon de benen niet. Op dat moment had ik nooit verwacht dat ik nog mee zou strijden voor een ereplaats. Dat was een verrassing. Ik geraakte gewoon niet vooruit. Ik weet niet wat er gebeurde.’
‘Ik had ook niet het gevoel dat het daarna veel beter was maar ik kon toch nog achtervolgen. Vooral door pech van anderen kwam het podium nog in zicht maar die anderen waren een maatje sterker. Ik ga nog een keertje naar mijn knie laten kijken maar ik heb er in ieder geval geen last van gehad in de koers. Het doel was zeker om meer te bereiken dan die vierde plaats in Vlaanderen en hier vandaag.’
‘Ik wou echt winnen maar anderzijds ben ik twee keer op mijn plaats geëindigd en heb ik mij telkens tot in de puntjes voorbereid. Ik heb me gesmeten zoveel ik kon dus ik moet wel tevreden zijn met wat ik heb ook al had ik meer gewild. Ik heb alles gegeven. Daar kan ik alvast trots op zijn. Ik rij nu nog de Brabantse Pijl en de Gold Race. Dan volgt een korte break om me nadien weer op te laden voor de Giro.’
Ploegleider Grischa Niermann was niet tevreden met de twee vierde plaatsen van Van Aert. ‘We waren met meer ambitie aan het voorjaar begonnen. Dus kunnen we geen positieve balans opmaken. We moeten constateren dat het niveau jaar na jaar hoger en hoger wordt en dat er op dit moment een aantal renners zijn die beter zijn dan wij. We gaan dit evalueren en we gaan zien hoe we het in de toekomst beter kunnen doen.’
Edwin MARIËN
Foto’s EM & ASO
Views: 1474
Je moet ingelogd zijn om een reactie te plaatsen.