‘Gouden’ Hanna Mariën is coördinator bij de Vlaamse Schaatsunie en werkt aan skeletonluik
ANTWERPEN – Zoals elk jaar hield stad Antwerpen vanochtend een herdenkingsplechtigheid aan het monument van de gesneuvelden in het stadspark. Burgemeester Bart De Wever (N-VA) en een gastspreker stonden stil bij hedendaagse uitdagingen en de plurariteit in de samenleving. Het thema dit jaar was ‘sport’.
De gastspreker was Hanna Mariën uit Borsbeek, die met de 4×100 meter estafetteploeg goud behaalde op de Spelen in Peking en één jaar eerder brons op de wereldkampioenschappen in Osaka. Mariën werkt nu voor Sport Vlaanderen en de Vlaamse Schaatsunie. Maar uiteraard ging mijn openingsvraag over de komende Olympische Spelen.
Mariën: ‘We hebben wel wat mogelijkheden om medailles te behalen. Het is altijd spannend. Mensen vragen zich af: ‘komen we wel met een Olympische medaille naar huis?’ Er zijn toch een aantal kanshebbers. Ik denk aan de basketvrouwen, aan de hockeymannen, de 4 x 400 meter bij de mannen, Remco Evenepoel en Lotte Kopecky, die op elk onderdeel waarbij ze start een kans maakt.’
‘Wanneer ik de situatie van nu vergelijk met de mogelijkheden van zestien jaar geleden, toen ik topsporter was, dan moet ik vaststellen dat het niveau ongelooflijk gestegen is. Kijk eens naar de prestaties. Op het EK atletiek werd Alexander Doom Europees kampioen in 44.14, terwijl indertijd de Borlees de Europese titel pakten in een tijd boven de 45 seconden. En die lijn trekt zich overal door. Alle prestaties stijgen en dat komt door betere begeleiding en betere accommodatie.’
‘Kijk in het wielrennen naar Pogacar. Men verdenkt hem ervan dat wat hij gedaan heeft onmogelijk is. Maar hij heeft een betere fiets dan de vedetten van vroeger, een betere voedingspatroon, kortom, alles is verbeterd. Vergelijk dat even met de tijd van Pantani. Als ik kijk hoe in mijn sport het niveau gestegen is op zestien jaar tijd, dan geloof ik wel dat wat Pogacar doet, op een natuurlijke manier mogelijk is.’
Hanna Mariën is de enige Belgische atlete, die deelnam aan de Zomer- en de Winterspelen. Op de Spelen in Sotsji stond zij met haar stuurvrouw Elfje Wilmsen na de eerste dag vierde in het bobsleeën. Uiteindelijk zouden ze zesde eindigen. Een prima resultaat maar nu staat het bobsleeverhaal op een laag pitje.
‘Ik werk momenteel een stukje voor Sport Vlaanderen, puur voor het skeletonluik. Ik ben coordinator voor het project van Kim Meylemans. Bobslee wordt niet uit het oog verloren. Er is terug een nieuw bobsleeteam, maar dat wordt op dit moment nog niet gefinancierd door Sport Vlaanderen.’
‘Wanneer je morgen atletiek wil doen en je wil aan de top geraken dan kan je vlug van start gaan. Onder elke kerktoren ligt er een atletiekpiste. Vlaanderen is klein. Wanneer je bij een topcoach wil gaan trainen dan moet je in het allerslechtste geval van Antwerpen naar Gent rijden om daar te gaan trainen.’
‘Maar als je op het allerhoogste niveau wil gaan bobsleeën moet je superveel geld hebben om een bobslee aan te kopen én je moet van september tot april continu in het buitenland verblijven. Daarom zet Sport Vlaanderen vooral in op skeleton. Dat is een pak goedkoper. Eén skeleton kost tien keer minder dan een bobslee.’
‘Vier-vijfde van mijn tijd werk ik voor de Vlaamse Schaatsunie als sporttechnisch coördinator. Wij hebben 21 Vlaamse clubs onder ons en die ondersteunen wij. Ik werk vooral aan het gezond en ethisch sporten. Ik zit voornamelijk op het breedte-sportluik. Ik probeer ervoor te zorgen dat iedereen de kans krijgt om te sporten, ook al heeft men geen Olympische ambities. En verder waak ik erover dat er binnen elke club een veilig sportklimaat is, zodat iedereen ondanks zijn of haar achtergrond of financiële middelen de mogelijkheid krijgt om te schaatsen, iets wat niet makkelijk is want het is ook een dure sport.’
Edwin MARIËN
Views: 97