De nieuwe beer van Brecht heet William De Smet en mikt op een Olympisch diploma
BRUSSEL – Zondagavond, na onder meer de Belgische atletiekkampioenshappen, weten we hoeveel landgenoten zullen mogen deelnemen aan de Olympische Spelen. Voorlopig staat de teller op 149 maar verwacht wordt dat we gaan uitkomen op 160. De zeilers vormen één van de grotere delegaties. Zij zijn met acht. Ook dat is een record. Zij werken hun proeven uiteraard niet af in Parijs maar in het bijna 800 kilometer verder gelegen Marseille. In de selectie zitten twee Antwerpenaren. Eigenlijk zijn het er drie maar Anouk Geurts ruilde twee jaar geleden Schoten in voor Gent. Blijven over: Eline Verstraelen uit Kapellen – de neerslag van ons gesprek vind je zondag op deze plek – en William De Smet uit Brecht.
De Smet treedt in brede voetsporen. Bronzenmedaillewinnaar Dirk Van Tichelt was de beer van Brecht en Tia Hellebaut, goed voor goud, is ook afkomstig uit deze gemeente. De Smet (29) wist zich al in augustus 2023, na het WK in Scheveningen, te plaatsen voor de Spelen. Hij begon als tienjarige te zeilen in de Optimist-klasse en nam in 2008 deel aan zijn eerste internationale wedstrijden. Hij stapte vervolgens over naar de Laser 4.7 en behaalde in 2011 brons op het jeugd-WK. Vervolgens koos hij voor de Laser Radial Klasse als aanloop naar de Laser Standard-klasse (nu ILCA 7). Sinds oktober 2021 heeft hij de Engelsman Charles Baillie Strong als coach. Hij behaalde vorig jaar een vijfde plaats op het EK en een vijftiende plek op het WK.
De Smet: ‘Ik zit op schema. Ik kan al mijn trainingen afwerken. Ik blijf blessurevrij. Alles gaat goed. Ik kijk al enorm lang naar de Spelen uit. Ik had er graag bij geweest in Tokyo maar toen heb ik mijn droom een beetje moeten uitstellen. Ik ben blij dat ik verder ben gegaan. Voor mij mag het zo vlug mogelijk gaan beginnen. Mentaal was het heel zwaar om iedereen op de Olympische Spelen te zien presteren terwijl je zelf thuis zit. Je mist iets. Dat gevoel wou ik niet nog een keer hebben. Ik was vastbesloten om er in Marseille bij te zijn.’
‘Het zullen mijn eerste Olympische Spelen worden, al zal het een andere beleving worden dan die andere sporters zullen hebben, die wel in Parijs aan de slag zullen gaan. Ik heb de gelegenheid om de openingsceremonie mee te maken omdat we iets later starten. Ik mag na mijn races naar het Lotto Belgium House gaan en nog één dag extra in Parijs verblijven en naar andere sporten gaan kijken. Als het allemaal mooi op schema zit kan ik de Red Lions goud zien winnen. Ik zal dus toch wel wat van de sfeer mogen ervaren. Ik ga sowieso na mijn competitie in het Olympisch dorp kunnen rondhangen en daar wat van de Spelen kunnen opsnuiven.’
‘BIJ TIEN A TWAALF KNOPEN VOEL IK ME ALS EEN VIS IN HET WATER’
‘Op zaterdag 20 juli reizen we af naar Marseille. Dat doen we met heel het team tegelijk. Daar verblijven we dan tot onze eigen competitie gedaan is. Vorig jaar heb ik er deelgenomen aan het testevent. Doordat ik me al in Scheveningen heb kunnen plaatsen zijn we er ook al geweest in september, oktober en november om te trainen en vanaf mei zijn we er regelmatig teruggekeerd. De laatste dagen voor onze wedstrijd gaan we een Coaches Regatta, een wedstrijd enkel voor ILCA 7, houden. Daar gaan we naartoe leven alsof het al een wedstrijd voor de Olympische Spelen is. We gaan zien of we in het goede ritme zitten. Missen we iets? Klopt er iets niet? Indien dat het geval is kunnen we nog wat finetunen en kijken of onze plannen ook werken. En zien of alles wat we de voorbije jaren over Marseille hebben geleerd, ook klopt zodat we die info kunnen gebruiken op de Spelen zelf.’
‘Ik vertrek nu maanden ook naar Marseille. Daar verblijf ik dan tot donderdag 11 juli met dezelfde bedoelingen. De Olympische site is geopend sinds 17 juni. Tot dan mocht niemand er zeilen behalve de Fransen zelf. Zij hadden het monopolie. Alles moest er opgebouwd worden dus voor de veiligheid van de atleten kon niet iedereen er terecht. Ik begrijp enigszins dat ze de Fransen bevoordelen maar hoeveel voordelen halen ze daar uit? Ze kunnen meer routine opbouwen maar wij zaten twee kilometer verder en eigenlijk even dicht bij de racebanen dus veel verschil maakt het niet voor ons.’
‘Ik heb mij jarenlang voorbereid om een zo goed mogelijke prestatie neer te zetten. Ik hoop dat dit goed genoeg is voor een top tien of een top acht. Wanneer ik in dat laatste slaag heb ik een olympisch diploma. Maar Whatever Happens, Happens. Er zijn heel veel toevalligheden die een rol kunnen spelen. Je hebt niet altijd alles in de hand. Daarom dat we er al zo vaak zijn geweest. Het is zaak om die toevalligheden zoveel mogelijk te elimineren. Ik denk dat het erg spannend gaat worden. Het is niet zomaar vanzelfsprekend dat landen die gewoon zijn om in een warmer klimaat te werken, bevoordeeld zullen worden. We kunnen er veel verschillende winden hebben en wedstrijdsituaties zodat het een allround parcours is waar verrassingen zouden kunnen gebeuren. Wanneer het zo’n tien, twaalf knopen (achttien tot 21 kilometer per uur) waait, voel ik me als een vis in het water.’
Edwin MARIËN
Foto’s EM & Sailing Energy
Views: 88
Je moet ingelogd zijn om een reactie te plaatsen.